Anna Cramer

In 2007 organiseerde ik een groot project rond de Nederlandse componiste Anna Cramer (1873-1968). Haar muziek is van een bijzonder hoog niveau, maar helaas is ze in de vergetelheid geraakt.

Concertprogramma

  • Anna Cramer: Sechs Lieder op.4 (orkestratie Jeppe Moulijn)
  • Mahler: Symfonie no.4

Concertserie 2007 en cd-opname

  • 28 oktober, Martinuskerk, Amersfoort
  • 17 november, Schönbergzaal, Den Haag
  • 18 november, cd-opname, Cramer op.4, Bachzaal, Amsterdam
  • 24 november, Theater de Meenthe, Steenwijk
  • 25 november, Geertekerk, Utrecht

Cd-productie en nieuwe uitgave van Cramer’s liederen

Naast de concertserie is een nieuwe cd uitgebracht met de Sechs Lieder, op.4 en twee liedbundels met een twintigtal pianoliederen (zie ook onder discografie en publicaties)

Anna Merkje Cramer (1874-1968)

Anna Cramer groeide op in Amsterdam, Baarn en Hilversum. Nadat haar vader in 1888 was overleden vertrok ze met haar moeder en zusje Albertina naar Haarlem. Van 1893 tot 1897 studeerde Anna piano aan het Amsterdams Conservatorium. In 1896 werden twee liederen van haar uitgevoerd op een studentenconcert.

Anna Cramer verhuisde naar Berlijn en later naar Meiningen om compositie te studeren bij Wilhelm Berger. In 1903 werd haar compositie “Wenn die Linde blüht” op tekst van Carl Busse uitgegeven. In 1906 zong de bariton Ludwig Wüllner enkele van haar liederen op een concert in het Concertgebouw en in 1907 werden enkele liederen gezongen in de Beethovenzaal in Berlijn door Gerard Zalsman. Uitgeverij Adolph Fürstner publiceerde in dat jaar twee liedbundels (op.1 en op.2) en Cramer verhuist naar München om bij Max Schillings te studeren. In 1908 werd in München de 14 Volkstümliche Lieder (op.3) uitgegeven, geschreven in een laatromantisch idioom, maar op.3 bevat ook relatief eenvoudige liederen. In 1909 verzorgd Cramer liedrecitals met eigen werk o.a. in Parijs en Berlijn; ze begeleidde de zangers Gerard Zalsman, Johanna van de Linde en Jeanne Broek-Landré.

Cramer gebruikt voor haar liederen teksten van Detlev von Liliencron, Otto Julius Bierbaum, Max Dauthendey en Klaus Groth. Veel leideren gaan over de liefde, tonen verdriet of zijn vrolijke dansliederen.

Over Cramers leven tussen 1910 en 1925 is weinig bekend. In 1917 woont ze in München, in 1921 en 1924 in Berlijn om vervolgens in 1925 naar Wenen te vertrekken. Ze werkte daar samen met de de zanger, dishcter en componist Walter Simlinger. Daar ontstonden haar grote werken: de twee komische opera’s Der letzte Tanz en Dr. Pipalumbo (beide 1926-27) op teksten van Simlinger en het Zigeunerlied (1926-30) voor tenor, viool, gemengd koor en orkest.

Cramer kwam eind jaren twintig in financiële problemen en werd in 1930 voor korte tijd opgenomen in een psychiatrische inrichting. Daarna komt ze – inmiddels 57 jaar oud – terug naar Nederland, waar ze in Amsterdam een teruggetrokken leven leidt. Ze blijft haar composities reviseren en bewerkt ook de uitgegeven muziek en de piano-uitreksels van de opera’s.  

Ze verwaarloost zichzelf en wordt in 1960 opgenomen in een verpleeghuis in Blaricum, waar ze in 1968 op 94-jarige leeftijd overlijdt.

Cramer’s muziek  is laat romantisch (doet denken aan de Richard Strauss of Dirk Schäfer) met een geheel eigen stijl. de pianoliederen zijn vaak orkestraal gedacht en van uitzonderlijk hoog niveau, zodat zij zich goed lenen om georkestreerd te worden. Haar latere stijl is uitgebreider en vertoont caberettekse trekjes. Cramer was door haar jarenlange verblijf in Berlijn goed op de hoogte van de nieuwste compositorische ontwikkelingen, schrijft moderne liederen hoewel niet opzienbarend vernieuwend. Omdat haar contacten met Nederlandse musici niet lang hebben stand gehouden en omdat door haar teruggetrokken levenswijze, raakte ze jammer genoeg al lang voor haar dood in de vergetelheid.

Recensie uit de Nieuwe Rotterdamse Courant (26 januari 1909): “Geboeid door de knappe, zinrijke behandeling van de klavierbegeleidingen, door belangrijke harmonische en rhythmische details, ontroerd door gevoelswarmte bij groote soberheid. En wat bovenal getroffen heeft: Anna Cramer’s muziek bezit karakter, eigen karakter.”

Publicaties Jeanine Landheer – Anna Cramer, mythe en werkelijkheid (Uitg. KVNM).

Comments are closed.