Programma seizoen 2014-15
Alban Berg: Vier Lieder, op.2 nach Gedichten von Hebbel und Mombert, Orkestratie voor kamerorkest (wereldpremière)
Alban Berg: Vier Stücke für Klarinette und Klavier, op.5, Orkestratie voor kamerorkest (wereldpremière)
Gustav Mahler: Lieder nach Texten von Friedrich Rückert, Bewerking voor kamerorkest (wereldpremière)
—
Gustav Mahler: Adagio aus der Symphonie Nr.10, für großes Orchester, Bewerking voor kamerorkest (wereldpremière)
Alban Berg: Drei Orchesterstücke, op.6, Bewerking voor kamerorkest
Toegift
Schubert: Andante uit Symphonie no.10, Bewerking voor kamerorkest
Programmatoelichting
Na het spraakmakende debuutoptreden van het Alban Berg Ensemble op 16 oktober 2012 in Musis Sacrum | Arnhem komt dit gezelschap nu met een tweede spetterende productie. Het programma bevat maar liefst vier wereldpremières van nieuwe versies voor kamerorkest. Alban Berg’s Vier Lieder en de Vier Stücke für Klarinette en van Mahler de Rückert-lieder en het Adagio uit de Tiende symfonie.
In het werk van Alban Berg klinkt zijn enorme bewondering voor Mahler door: Het grote symfo-nische gebaar, de grandeur en een hang naar het theatrale. Zelfs in Berg’s aforistische werken zijn deze karaktertrekken duidelijk te zien. De Klarinetstücke beginnen met een subtiele verwijzing naar Till Eulenspiegel van Richard Strauss, en verwijzen ook naar diens Tod und Verklärung. Door de geraffineerde orkestraties van Stephan Pas wordt het symfonische karakter van deze stukken duidelijker en komt ook de beklemmende inhoud compromislozer naar voren. Zo wordt in het laatste lied van op.2 het woord ‘Stirb’ door Stephan Pas als zwaartepunt gemarkeerd met een fikse hamerslag – een anticipatie op de Marsch uit de Drei Orchesterstücke, met hun bruuske wisselingen van textuur en enorme extremen in dynamiek.
Tegenover het thema ‘de dood’ in de liederen en orkeststukken van Berg staan Mahler’s Rückert-lieder, die ondanks hun tragiek een aanmerkelijk zonniger atmosfeer ademen. In het ontroerende Ich bin der Welt abhanden gekommen rept de dichter over de hemel als toevluchtsoord na zware aardse ontberingen. Mahler zingt nog van een wereld van geborgenheid, maar die mogelijkheid was voor Berg – in de periode rond de Eerste Wereldoorlog – niet meer weggelegd.
Thema’s als leven en dood, tragiek en de sprong in een onbekende en onvoorziene toekomst zet-ten de toon in dit fascinerende programma. Ze zijn karakteristiek voor het hoogromantische en verhitte klimaat waarbinnen deze muziek is ontstaan en waarbij het vocale en het symfonische elkaar moeiteloos de hand reiken. In het uiterst zangrijke Adagio uit Mahler’s Tiende symfonie is het oogverblindende en hevig dissonerende “doodschreeuw”-akkoord een voorloper van de bloedstollende hamerslagen uit de Marsch.
Over de bewerking van Berg’s orkeststukken door Stephan Pas, waarmee dit concert wordt afge-sloten, was de internationaal vermaarde Berg-specialist, de Duitse musicoloog Dr. Melchior von Borries, diep onder de indruk: “Insgesamt wünscht man der Neufassung des Bergschen Op.6 – Stephan Pas hält sie zu Recht für mehr als eine ’Bearbeitung‘ – eine Karriere auf den Konzert-podien der Welt. Der Rezeption dieser längst noch nicht in der Breite des gebildeten Publikums angekommenen Musik wäre damit ein großer Dienst erwiesen. Wir können uns glücklich preisen, dass in unserem Nachbarland so großartig Musik gemacht wird.“